Achtergrond

Rutger Bregman noemt ons allemaal communist, maar heeft zijn definities niet op orde

27-03-2016 16:05

Er is niets mis met het propageren van ideeën. Rutger Bregman draaft echter enigszins door. Volgens zijn betoog zijn we allemaal communist. Zonder dat u het zelf weet. Al eeuwen. De hele dag door. Middels dit containerbegrip vraagt hij aandacht voor de belangrijke zaken in het leven voor ons mensen, die door de vermaledijde markt niet gehonoreerd worden. Een terechte vraag. Echter, zoals gewoonlijk met dergelijke kritiek wordt begripsverwarring en ideologische gedrevenheid de auteur teveel. Belangrijkste punten om mee te nemen: 1) het ontkrachten van het één, leidt niet tot bewijs van het ander en dat 2) Bregman niet tot definiëring komt van zijn eigen woord communisme en daarmee alles wat etymologisch verwant is aan het begrip communisme in kan zetten voor zijn argumentatie.

Definiëren door afzetten tegen het andere

In het stuk lijkt een omlijsting terug te vinden, een zekere definiëring, maar expliciet wordt het nooit. Daarmee sluit Bregman zich aan bij Marx, die eveneens zijn meest wezenlijke begrippen niet expliciet invulde. De genoemde omlijsting lijken we in het laatste deel te vinden. De opkomst van nieuwe, vormen van, commons. Het is de idee van de vrijwillige menselijke samenwerking. Een stuk land wordt door een groep mensen beheerd die zich ertoe committeren goed te zorgen voor dat stuk grond. Bregman had zich overigens tot minder exotische voorbeelden kunnen wenden. Aan de buitenrand van veel dorpen in Nederland zijn driehoekige structuren terug te vinden, met aan de punten gesitueerd een boerderij. Deze zogenaamde brinken waren bedoeld voor het communale groepsgebruik van veegrond of waterplaatsen. Etymologisch is het verwant met het Engelse brink, dat wijst op een overgangsgebied. Deze naam is meer gangbaar in het (noord-)Oosten van Nederland. In andere gebieden in Nederland wordt wel gesproken over een ‘plaats’ of ‘heuvel’. Ach ja, de etymologie.

Het is in deze gemeenschappelijkheid dat de communistische gedachte zou zitten, Bregman te zeggen in zijn laatste deel. Ook hier weer dezelfde problematiek, omdat de definiëring ontbreekt. Communistisch is niet hetzelfde als communaal. Het is communaal dat gemeenschappelijk betekent. Dat woord kan natuurlijk anders ingevuld worden, maar u raadt al waarmee: met een nieuwe definitie van communisme. Die dus niet gegeven wordt. Communisme wordt nu gedefinieerd als een stelsel van gemeenschappelijk bezit van productiemiddelen en/of het streven naar een samenleving met een dergelijk stelsel, aldus van Dale. Los van wat gebeurtenissen in de geschiedenis hebben laten zien wat er gebeurt als dit op grote of grotere schaal wordt toegepast, blijven bij de brinken de productiemiddelen, het vee, in particulier eigendom. Dit is evident niet het geval bij communisme. Hierin ligt het probleem van Bregman. Het is terecht en mooi om te zien dat er toegewerkt wordt naar een nieuw begrip van communisme, maar als dit slecht(s) gedefinieerd wordt door het afzetten tegen het andere, de vrije markt, komen we niet verder. Op een zeker moment zal er een definiëring moeten komen waarin het communale idee het communistische idee vervangt. Dat gebeurt niet. Het blijft afzetten tegen het andere. Daarin schuilt nog steeds geen bewijs dat het eigene correct is, het kan slechts laten zien dat het andere niet werkt.

Inclusieve argumentatie en de zorgmarkt

Het andere bestaat mede uit de door de staat opgelegde marktwerking in de zorg. In weerwil daarvan zijn de dappere mensen allerlei initiatieven begonnen die deze dwangmatige onnatuurlijke drang van de staat en diens belanghebbenden tegenwerken. Ziedaar, communisme.

Deze argumentatie is op twee punten problematisch. Allereerst op het gebied van marktwerking. Wat in de zorgmarkt gezien kan worden is corporatisme. Het is de samenwerking van belangwekkende individuen onder leiding van de staat voor het algemeen belang, volgens de commissie van Paus Leo XII die dit liet definiëren.

Tegenwoordig wordt corporatisme voornamelijk gekoppeld aan de sociale organisatie zoals deze onder Mussolini in Italië plaatsvond. Daar was het de innige samenwerking tussen de staat en bedrijven om de economie te regelen. Hiertegen mag men, op velerlei gronden, terecht fulmineren, maar een vrije markt of marktwerking in de zin zoals dit door Bregman gesuggereerd wordt te zijn is het zeker niet. Marktwerking is de onbelemmerde werking van vraag en aanbod, wederom volgens van Dale. Dat is zeker niet het geval in de zorgmarkt.

Het tweede punt is, wederom, de definiëring. Ook nu geldt dat de weerlegging van het een, niet het bewijs van het bestaan of functioneren van het ander is. Het gegeven dat de marktwerking in de zorg niet bestaat en mensen zich verenigen bewijst niet dat communisme, hoe dan ook te definiëren, wel bestaat (of functioneert). Zelfs al was het voorbeeld van marktwerking in de zorg een perfecte vrije markt, die eveneens utopisch is, dan nog is het slecht functioneren daarvan geen bewijs dat het ongedefinieerde communisme van Bregman wel bestaat of werkt. Er moet dus eerst een definitie komen.

Kortom, het voorbeeld dat er in de zorg marktwerking bestaat klopt niet en voor zover betoogt kan worden dat het wel klopt staat er niets tegenover dan een ongedefinieerd idee dat open staat voor elke invulling. Louter en alleen een verhaal vertellen aan de hand van ‘het andere’ is retorisch sterk en zorgt voor inclusiviteit. Mensen herkennen de beelden en koppelen dit aan hun eigen ervaringen. De argumentatie voelt daardoor goed en persoonlijk aan. Daarmee is het echter nog steeds geen bewijs vóór het ongedefinieerde communisme van Bregman.

Wij zijn mensen

Het probleem van Bregman bestaat er dus in dat hij niet tot, u raadt het, definiëring komt. Zijn verhaal kan net zo goed geschreven worden vanuit kapitalistisch perspectief, zolang er maar niet gedefinieerd wordt. Ook dan voegt het weinig toe. Het achter elkaar noemen van etymologisch verwante woorden leidt niet op magische wijze tot een definiëring van de eigen idee. Daarmee blijft zijn verhaal, hoewel in de kern interessant, niet meer dan een erg uitgebreide variant van de meme “communism has never been tried”. Dat is jammer, want een daadwerkelijk af te bakenen discussie hierover zou wel degelijk interessant zijn. Zo zal op het hierboven staande zeker veel aan te merken zijn. In ieder geval hebt u hier een ijkpunt omdat er wordt gedefinieerd. Vanuit dat vertrekpunt kunnen we een discussie starten. Komen uit zo’n discussie resultaten, waaraan wij onszelf niet kunnen onttrekken, die op het bestaan van het ongedefinieerde communisme van Bregman wijzen, dan noem ik me graag communist. Tot die tijd zijn we stiekem gewoon mensen. Al eeuwen lang. De hele dag door.

Willem Cornax studeert Rechtsfilosofie en bekijkt de samenleving vanuit eigen perspectief. Dit perspectief bestaat onder andere uit een grote voorliefde voor vrijheid. Dit artikel verscheen eerder op het blog van de auteur.