Opinie

De gelegaliseerde diefstal van Vroom & Dreesman

02-01-2016 15:33

Het al jaren kwakkelende warenhuisconcern Vroom & Dreesman is dan toch failliet. Na talloze reorganisaties en schaamteloze verrijking door private equity firma’s, waaronder de huidige eigenaar Sun Capital Partners Inc., is het doek voor V&D definitief gevallen.

Vroom & Dreesman is niet met zijn tijd meegegaan, heeft de aansluiting op e-commerce gemist en is teveel in het kleurloze middensegment blijven hangen. Dat is de ene kant van het verhaal. De andere is dat het bedrijf al jaren een speelbal is van private equity.

Leeggezogen warenhuis

Opeenvolgende eigenaren hebben Vroom & Dreesman financieel leeggezogen door de overnamesom als schuld bij het bedrijf neer te leggen, met hoge rentelasten als gevolg. Daarnaast hebben de eigenaren het onroerend goed van Vroom & Dreesman volledig ten gelde gemaakt waardoor de filialen in gehuurde panden zitten en de huurlasten, ongeveer 10 procent van de omzet, eveneens zwaar drukken op het rendement van de onderneming.

Deze feiten maken het voor een bedrijf als Vroom & Dreesman praktisch ondoenlijk om een fatsoenlijk bedrijfsresultaat te halen en te investeren in de toekomst. De vraag mag gesteld worden of de opeenvolgende eigenaren wel ooit de oprechte bedoeling hebben gehad om van het warenhuisconcern een florerende en gezonde onderneming te maken.

Faillissementswet maakt oplichting mogelijk

Sinds het vragen van uitstel van betaling door Vroom & Dreesman is een aantal zaken aan het licht gekomen dat tot legale diefstal gerekend mag worden. Het is de huidige faillissementswet die dat mogelijk maakt.

De feiten: cadeaubonnen, ter waarde van zes miljoen euro, worden door de eigenaren van V&D niet meer geaccepteerd. Het geld is geïncasseerd, maar de producten worden niet geleverd. In normale mensentaal heet dat oplichting. Naar de afvloeiingsregelingen, overeengekomen bij eerdere reorganisaties, kunnen de ontslagen werknemers alsnog fluiten. Die worden gewoon niet uitbetaald. Leveranciers worden niet langer betaald omdat V&D als leveringsvoorwaarde heeft dat afgeleverde goederen automatisch eigendom worden van het warenhuisconcern, ook al is er nog geen cent betaald.

Anders dan andere faillissementen

Bij een kortlopende faillissementsprocedure zijn er meestal alleen maar verliezers. Ook dan worden rekeningen niet meer betaald en krijgen consumenten vooruitbetaalde goederen niet geleverd. Dat is nu eenmaal de pech die hoort bij het zakelijke verkeer.

Heel anders wordt de situatie wanneer het bedrijf, dat uitstel van betaling heeft gevraagd, mag doorgaan met de bedrijfsvoering. In het geval van Vroom & Dreesman blijven de 62 warenhuizen nog maanden open en verkopen ze zonder blikken of blozen de goederen uit de overvolle magazijnen. Consumenten is hun geld afgepakt door het weigeren van de cadeaubonnen, ontslagen personeelsleden kunnen fluiten naar hun afvloeiingsregeling en leveranciers zijn hun spullen kwijt die vervolgens doodleuk in de winkel te gelde worden gemaakt.

Wet moet beter

Dat is gelegaliseerde diefstal waaraan, via een nieuwe faillissementswet, snel een einde moet worden gemaakt. En als we dan toch bezig zijn, laat de wetgever dan ook het populaire ‘doorstarten’ na een faillissement onder de loep nemen. Ook dat is vaak niet meer dan een goedkope truc om makkelijk van het personeel af te komen en de leveranciers niet te hoeven betalen.